Inleiding en kerncijfers
De muzieksector bestaat uit talrijke deelsectoren die alle bijdragen aan een veelzijdig
Inkomsten, voorstellingen en bezoek
Deze figuur toont de inkomsten voor de gehele muziekindustrie en daarnaast het aantal voorstellingen en het bezoek daaraan binnen de CBS afbakening van de professionele podiumkunsten als geheel en aan de muziekvoorstellingen daarbinnen.
Bron inkomsten: Omzet muziekindustrie NVPI; Inkomsten uit auteursrechten Buma/Stemra & Sena (bewerking Boekmanstichting)
Bron muziekvoorstellingen en bezoeken: CBS
Tussen 2017 en 2021 waren er volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gemiddeld negentienduizend professionele musici, zangers en componisten in Nederland werkzaam (CBS 2021a). In 2019 telde het CBS 707 professionele zalen, stadions en evenementenhallen, die door 340 organisaties geëxploiteerd werden (CBS 2021b). Het aantal muziekvoorstellingen op professionele podia was tussen 2005 en 2019 redelijk en schommelde tussen de 17.697 en 21.399 voorstellingen per jaar. Het aantal bezoeken aan die voorstellingen steeg van 7,5 miljoen in 2005 tot 9,4 miljoen in 2019 (CBS 2020). Het merendeel van de voorstellingen en bezoeken in de periode 2016-2018 vindt plaats in de subsector popmuziek (CBS 2021b).
In 2020 daalde het aantal muziekvoorstellingen als gevolg van maatregelen vanwege de coronapandemie sterk, tot 8.104. Het aantal bezoeken daalde met 75 procent tot 2,4 miljoen (CBS 2021b). Wel heeft 35 procent van de Nederlanders in 2020 ten minste één keer een online voorstelling gezien (VTO 2020). In 2021 daalt het aantal voorstellingen (7.006) en het aantal bezoeken (1,7 miljoen) nog verder.
Bezoek in vrije tijd
Deze figuur toont het percentage van de Nederlandse bevolking van 12 jaar en ouder dat in 2020 ten minste één keer onderstaande vormen van podiumkunsten heeft bezocht.
Bron: VTO 2020 (Boekmanstichting/OCW/CBS)
Trends en ontwikkelingen
Veranderende inkomstenstructuren
De muziekindustrie is onderverdeeld in drie gescheiden en tegelijkertijd aan elkaar gekoppelde deelsectoren. Ten eerste de opname-industrie waarbij de focus ligt op het opnemen en verspreiden van muziek in fysieke of digitale vorm. Ten tweede de muzieklicentie-industrie met de nadruk op muziekrechten en royalty’s. Ten derde livemuziek, waar het gaat om het produceren en promoten van live optredens (Wikström 2014, 10).
Omzet Nederlandse muziekindustrie
Deze figuur toont de omzet van de Nederlandse muziekindustrie opgesplitst per type geluidsdrager.
Bron NVPI Audio
In 2021 zette de stijgende lijn in de omzet van de Nederlandse muziekindustrie door, zo blijkt uit het jaaroverzicht over 2021 van de NVPI, de branchevereniging voor de entertainmentindustrie. Streamingdiensten (Spotify, SoundCloud, Aplle Music, Deezer, Tidal en YouTube) bleven populair en namen het merendeel van de omzet (80 procent) voor hun rekening, al steeg die omzet minder dan voorgaande jaren. Opvallend in de omzetcijfers is de stijging van de omzet in vinyl. Alhoewel die de afgelopen jaren al langzaam steeg, liet de omzet van vinyl in 2021 een stijging van ruim 66 procent zien, van 17,1 miljoen euro in 2020 naar 28,4 miljoen euro in 2021 (NVPI 2022).
Toename omzet fysieke geluidsdragers
De stijging van de omzet in vinyl geeft aan dat de populariteit van deze geluidsdrager de afgelopen jaren fors is toegenomen. En dat niet alleen in Nederland, ook in bijvoorbeeld de Verenigde Staten. Daar was de stijging in de verkoop albums op vinyl het afgelopen jaar rond de 60 procent in vergelijking met het jaar daarvoor. Omdat de cijfers van de NVPI uitsluitend gaan over de omzet van de muziekindustrie en niet over de verkoop in de winkels, kan over de vinylverkoop in Nederland echter geen volledige uitspraak worden gedaan. Wat meegespeeld kan hebben in de omzetstijging is het feit dat de muziekliefhebbers in 2021 een groot deel van het jaar niet van liveoptredens op de Nederlandse podia konden genieten, als gevolg van de coronamaatregelen. Geld dat normaal aan tickets voor optredens werd besteed is mogelijk in plaats daarvan uitgegeven aan fysieke geluidsdragers. De cijfers over 2022, een jaar waarin de podia hopelijk weer grotendeels hebben kunnen programmeren, zullen moeten uitwijzen of dit inderdaad zo is. Terwijl we niet over harde cijfers over de internationale handel met muziekrechten beschikken, zijn er indicaties dat deze populairder als investeringsobject zijn geworden voor grote labels, maar ook andere investeerders buiten de muziek (Fèbre 2021).
Inkomsten uit streamingdiensten
Hoe de inkomsten uit streaming verdeeld zouden moeten worden is al jaren onderwerp van discussie tussen muziekplatforms, zoals Spotify, en rechthebbenden, zoals platenmaatschappijen, musici en muziekuitgevers (zie voor een uitgebreide uitleg Hesmondhalgh 2020). Een heikele kwestie is dat momenteel per stream van muziekplatforms aan de rechthebbenden wordt betaald, ongeacht de lengte van een stuk. Daarmee worden langere muziekstukken (die in genres zoals jazz, elektronische muziek en klassiek vaker voorkomen dan in popmuziek) ondergewaardeerd (IMPALA 2021a). Een ander punt van discussie tussen rechthebbenden, media platforms en wetgeving was de mogelijkheid van platforms om het uitbetalen van
De uitbetaling per stream is een ander discussiepunt. Spotify, op dit moment het populairste streamingplatform,
Streaming is verantwoordelijk voor een steeds groter deel van de omzet in de muziekindustrie. De inkomsten lijken voor een nog kleiner deel dan bijvoorbeeld radio bij kunstenaars te belanden. Met de opkomst van streaming wordt het fair regelen van rechten steeds belangrijker.
Inkomenspositie musici kwetsbaar
Voor het onderzoek Pop, wat levert het op? hield Saskia von der Fuhr in 2015 een enquête onder professionele musici in Nederland over hun inkomsten. Het onderzoek maakte duidelijk dat liveoptredens
Al voor de coronacrisis was de inkomenspositie van musici in alle delen van het domein kwetsbaar (Raad voor Cultuur 2017). De sector is bezig met implementatie van de in 2017 gepresenteerde Fair Practice Code, die de arbeidsomstandigheden in de sector moet verbeteren, bijvoorbeeld door een eerlijke beloning. Sinds 2020 geldt in de orkestenwereld gelijk loon voor gelijk werk met de nieuwe CAO voor remplaçanten. Hiervoor werden remplaçanten soms tot 35 procent, en gemiddeld 10-20 procent minder betaald dan hun collega’s in vaste dienst (Kunstenbond 2020; Blueyard 2021). In december 2021 maakte de Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten (NAPK) bekend een akkoord te hebben bereikt met de Kunstenbond over een CAO voor Nederlandse muziekensembles. De CAO is per 1 maart 2022 in werking getreden, met een additioneel instapmoment per 1 september van datzelfde jaar, en loopt tot en met 2024. Volgens de branchevereniging wordt met de nieuwe overeenkomst een belangrijke stap richting het Fair Practice beleid gezet (NAPK 2021, 2022).
Platform Arbeidsmarkt Culturele en Creatieve Toekomst (ACCT) en de Kunstenbond zetten zich in voor het verbeteren van de arbeidsmarkt in de culturele en creatieve sector door bijvoorbeeld een honorariumrichtlijn op te stellen (Kunstenbond 2021). De strijd voor een eerlijke beloning in de muzieksector is echter nog niet gewonnen. Hoewel de Fair Practice Code breed gesteund wordt door de sector, is de implementatie van veel partijen afhankelijk. Daarnaast staan vorderingen al enige tijd onder druk, mede door het gebrek aan werk en inkomsten in de sector tijdens de coronacrisis (Raad voor Cultuur 2021). In een verkenning van de Boekmanstichting, waarin de huidige stand van zaken omtrent de Fair Practice Code wordt belicht, wordt geconcludeerd dat een van de belangrijkste winstpunten tot nu toe slechts is dat ‘de code op alle niveaus mensen bewust heeft gemaakt van de noodzaak van eerlijke en duurzame arbeidsverhoudingen’ (Leden 2022). Eerder dit jaar nam staatsecretaris Uslu een rapport in ontvangst dat het resultaat is van gesprekken binnen de popsector om tot goede afspraken te komen rondom eerlijke beloning. Deze gesprekken zijn onderdeel van het fairPACCT programma. Een van de uitkomsten van de analyse die door Berenschot werd uitgevoerd, is dat jaarlijks 7,6 miljoen euro meer nodig is om fair pay te realiseren.
De impact van de coronacrisis op organisaties in de muzieksector
Tijdens de coronapandemie stelde de overheid steunpakketten beschikbaar om culturele organisaties overeind te houden die hun deuren voor publiek moesten sluiten. Deze pakketten bleken ook in de muzieksector hard nodig. Behalve de daling in 2020 in vergelijking met 2019 van het aantal optredens op poppodia aangesloten bij de VNPF van 76 procent ten gevolge van de sluiting van podia vanwege de coronapandemie, werden ook veel popfestivals afgelast wat leidde tot een daling van 87 procent van het aantal optredende artiesten op popfestivals. In 2021, het tweede jaar van de pandemie, waren er 79 procent minder muziekoptredens op poppodia dan in 2019. Over het aantal muziekoptredens op popfestivals in 2021 zijn nog geen cijfers bekend (Dee et al. 2021, 2022). De leden van de VSCD telden in 2021 zestig procent minder uitvoeringen dan in 2019 (VSCD 2022). Ook muziekensembles van de NAPK hadden in 2020 veel
Nadat grote evenementen in 2020 geen doorgang konden vinden en nachtclubs een groot deel van het jaar dicht waren, kwam de heropening in vergelijking met andere sectoren, zoals sport, traag op gang. In de sportsector werden eind van de zomer 2021 sneller grotere evenementen weer toegestaan. Het ontbreken van een perspectief voor festivals, nachtclubs en andere evenementen leidde vanaf 24 augustus 2021 tot het Unmute Us protest. Unmute Us representeerde volgens eigen opgave de Nederlandse festival- en evenementenbranche. Vertegenwoordigers van de nachtcultuur vreesden dat elektronische dansmuziek, waarin Nederland koploper is,
Het onderzoek Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund toont de financiële gevolgen van de crisis voor culturele organisaties en besteedt ook aandacht aan de gevolgen voor poppodia, vrije producenten en meerjarig gesubsidieerde muziekorganisaties in 2020 (Goudriaan et al. 2021). De onderzoekers laten de dramatische terugloop van publieksinkomsten zien. Zo liepen de eigen inkomsten van meerjarig gesubsidieerde muziekensembles inclusief koren en orkesten in de laatste drie kwartalen gemiddeld 78 procent terug ten opzichte van dezelfde periode in 2019. Bij de poppodia bedroeg de afname 95 procent (Goudriaan et al. 2021). Hier speelden niet alleen het teruglopen van ticketverkoop maar ook het verlies van horeca-inkomsten en zaalverhuur een rol. Met hulp van de coronasteunpakketten kwamen meerjarig gesubsidieerde muziekensembles en orkesten uit op een gemiddelde omzetdaling van 10 procent ten opzichte van 2019, maar kon een groot deel nog wel zwarte cijfers schrijven. Ook een onderzoek naar de impact van de coronacrisis op de NAPK-leden toont een relatief klein inkomstenverlies voor de muziekgezelschappen in 2020, dankzij de steunpakketten (Schrijen 2021). Voor veel kleine en middelgrote poppodia zorgde de coronasteun eveneens voor een positief jaarresultaat, terwijl grote poppodia groot verlies hebben geleden (Goudriaan et al. 2021, 65). Ook de cijfers van de VNPF-leden laten zien dat ondanks een sterke afname van eigen inkomsten, veel van de verliezen opgevangen werden (Dee et al. 2021). Zo behaalde 25 procent van de grotendeels non-profit poppodia in 2020 een negatief financieel resultaat, terwijl dit in 2019 bij 46 procent van de podia het geval was (Dee et al. 2021). Alsnog bedroegen de tekorten van de poppodia met een negatief resultaat in 2020 gemiddeld 2,4 procent van de totale inkomsten terwijl dit in 2019 1,8 procent was, en hadden enkele poppodia een tekort tot 28 procent van de totale inkomsten (Dee et al. 2021, 26).
Gedwongen reorganisaties bij poppodia ten gevolge van de coronabeperkingen hebben voor 22 procent van het personeel in loondienst tot baanverlies geleid (Dee et al. 2021, 19). Ook hebben poppodia veel minder opdrachten aan musici, technici, boekers en andere backstage werknemers kunnen verlenen. Hoewel de slechte positie van zzp’ers niet nieuw is (SER en Raad voor Cultuur 2017), leggen de rapporteurs in Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund en ook de recente VNPF cijfers (Dee et al. 2021) de kwetsbaarheid van zzp’ers in de podiumkunstensector tijdens de coronacrisis bloot. Beide onderzoeken laten zien dat alle steunmaatregelen voor de sector niet hebben voorkomen dat de organisaties, door het verlies aan speelmogelijkheden, de inzet van zzp’ers, uitzendkrachten en medewerkers van payrollorganisaties moesten terugdraaien. De Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandig Ondernemers (TOZO) zou de daling aan inkomsten van zelfstandigen moeten ondervangen (Goudriaan et al. 2021), maar vooralsnog blijkt dit niet het geval.
Gesprekspartners in het kader van deze domeinanalyse wijzen erop dat veel werknemers inmiddels de muzieksector hebben verlaten, er is sprake van een braindrain (Waarlo 2021). Al deze gevolgen van de coronacrisis kunnen langdurige impact hebben op de infrastructuur van de muzieksector.
De gevolgen van de coronapandemie na heropening van de samenleving
De gevolgen van de pandemie en de impact op de infrastructuur van de muzieksector werden in 2022, zelfs na heropening van de samenleving, steeds duidelijker. Ondanks de afschaffing van de coronamaatregelen in maart 2022 keerde het cultuurpubliek langzaam terug (NOS 2022a). Aan het einde van 2022 was dit weer goed op gang gekomen hoewel men langer wacht met kaartjes kopen en er bovendien nieuw publiek aangeboord lijkt te zijn (Visser et al. 2023).
In de muzieksector laat het publiek dat wel terugkeert een ongelijke voortgang zien binnen deelsectoren. Zo blijft bijvoorbeeld de kaartverkoop voor popconcerten achter op dat van evenementen in het nachtleven. Redenen die hiervoor worden gegeven zijn onder andere inhaalconcerten waar mensen al kaartjes voor hadden, ontbreken van vertrouwen om vooruit te kopen, overaanbod van evenementen sinds de heropening en vrees voor stijgende besmettingen en maatregelen (Crabbendam et al. 2022). Wat vervolgens weer resulteert in veilig programmeren en het gebrek aan ruimte voor talentontwikkeling. Dit laatste is door de coronapandemie al onder druk komen te staan en wordt verderop in deze analyse verder uitgelicht.
Daarnaast kampt de muzieksector, net als andere sectoren in Nederland, met een personeelstekort. In het tweede kwartaal van 2022 steeg de krapte op de arbeidsmarkt dusdanig dat deze in alle sectoren merkbaar is (NOS 2022b). De muziekindustrie ziet dit tekort vooral bij podia waar sinds de pandemie een tekort aan geluid- en lichttechnici is. Dit heeft direct gevolg voor de programmering. Zo was poptempel Paradiso tijdens het Amsterdam Dance Event genoodzaakt de programmering af te schalen van vijf naar drie evenementen per dag (Pol 2022).
De impact van de coronacrisis op educatie en talentontwikkeling
De coronacrisis stond veel educatieve activiteiten zoals bezoeken van musici aan scholen, workshops en muzieklessen in de weg. Zo vond bij de leden van het NAPK in 2020 slechts 56 procent van de educatieve activiteiten doorgang ten opzichte van 2019 (Schrijen 2021).
Een gevolg van de moeilijke financiële situatie van podia was dat zij ‘veiliger’ gingen programmeren (Broek 2020). Dit houdt in dat vooral bekende acts geboekt werden en er minder ruimte was voor nieuw talent. Naast deze observaties wijzen de gesprekspartners voor deze domeinanalyse op hun zorg voor kleine podia. Dat kunnen koffietenten zijn die ook bands programmeren, maar ook sportcentra, kraakpanden of buurthuizen. Deze speelplekken bieden ruimte voor nieuw talent om voor publiek te oefenen en naamsbekendheid op te bouwen (Veldman et al. 2020). Hiermee leveren zij een belangrijke bijdrage aan talentontwikkeling en zijn ze een inkomstenbron voor musici. Omdat deze podia vaak informeel georganiseerd zijn, komen zij niet altijd in aanmerking voor subsidie en daarmee ook niet voor coronasteun. Juist omdat er weinig systematische gegevens over deze plekken verzameld worden is aanvullend onderzoek nodig om hier meer zicht op te krijgen.
Aparte werelden?
Het domein Muziek wordt vaak onderverdeeld in het gesubsidieerde veld en de vrije markt. De lijnen tussen deze indeling worden vaak op basis van genre getrokken, ook al is dit enigszins problematisch gezien de steeds vloeiender grenzen tussen genres. Lange tijd was de aandacht van de overheid sterk gericht op klassieke muziek (Raad voor Cultuur 2017, 9). In de afgelopen decennia is geprobeerd om dit beleid, gemaakt voor de
De gesubsidieerde sector en de zogenoemde vrije markt laten zich bovendien niet altijd scheiden. Zo treden ongesubsidieerde dj’s op gesubsidieerde podia op, en doen gesubsidieerde artiesten ook mee op de vrije markt. Bovendien zijn veel instellingen deels gesubsidieerd en hebben ze ook inkomsten uit kaartverkoop en horeca. De gesubsidieerde sector en de vrije markt maken deel uit van het gezamenlijke ecosysteem. Desalniettemin wordt er in het veld grote ongelijkheid tussen de deelsectoren ervaren (Schans 2020). Zo zijn de arbeidsomstandigheden en voorwaarden van freelance popmusici duidelijk minder goed dan van hun freelance collega’s in de klassieke muziek (Vinken 2020). Ook zijn populaire bands of artiesten amper vertegenwoordigd in de culturele Basisinfrastructuur (BIS). Er zit maar één popformatie in de huidige BIS, De Staat. Bij het Fonds Podiumkunsten is de afgelopen jaren, ondanks bezuinigingen op het gehele budget, wel meer ruimte voor popfestivals en ook artiesten in de popmuziek dankzij de Upstream: Music regeling (Vrieze 2020; Fonds Podiumkunsten 2021).
Een punt van kritiek op het huidige subsidiestelsel is volgens de gesprekspartners dat het aanvragen van subsidie slecht toegankelijk is voor mensen die geen expertise hebben op dit gebied. Bovendien komen makers die geen sterke banden met de geïnstitutionaliseerde cultuurwereld hebben en niet georganiseerd zijn voor veel subsidies niet in aanmerking. Dit geldt vaak voor jonge makers binnen de hiphop of R&B, hoewel er in de afgelopen jaren een inhaalslag gaande is. Zo steunt het Fonds Podiumkunsten sinds 2018 urban projecten op landelijk niveau en is er ook regionaal beweging. Een voorbeeld is het platform Meet The Urban Pro’s. Hierbij brachten Joan Biekman van CultuurSchakel en Conchitta Bottse vanuit podia Paard, Haagse jongeren en professionals in de industrie samen voor informatie-uitwisseling over bijvoorbeeld carrièremogelijkheden, muziekrecht, opleidingen en netwerken (Hoetjes 2021).
Diversiteit, gelijkwaardigheid en inclusie
Muziekgenrevoorkeuren, scenes bestaand uit makers, organisatoren en publiek, zijn veelal langs de lijnen van socio-demografische kenmerken verdeeld (zie Krismayer 2019, Peddie 2020 en in het verleden in de Nederlandse context, Eijck 2001). Zo laat recent onderzoek van Schaap en Berkers exclusiemechanismen voor mensen van kleur in rockmuziek zien (Schaap et al. 2020a, 2020b). Zij tonen aan dat de impliciete classificatie van ‘goede’ rockmuziek als wit en mannelijk fundamenteel is voor het in stand houden van de witte en mannelijke norm die geldt in rockmuziek.
Genderverdeling bij Nederlandse poppodia
Deze figuur toont de verhouding in 2019 tussen vrouwen en mannen binnen verschillende functies bij Nederlandse poppodia die lid zijn van de VNPF.
Bron: Dee et al. 2020
De Europese koepelorganisatie IMPALA en STOMP, de Nederlandse vereniging van onafhankelijke muziekproducenten voeren een enquête uit om diversiteit in de independent muzieksector in beeld te brengen, de eerst resultaten werden in mei 2022 gepubliceerd. De VNPF publiceert regelmatig over de ratio van vrouwelijke en mannelijke medewerkers van poppodia naar functie (Dee et al. 2020). Hieruit blijkt dat mannen domineren in de directie en de technische functies, terwijl vrouwen oververtegenwoordigd zijn in educatieve functies. Een onderzoek naar leden van Buma/Stemra liet zien dat vrouw-zijn een negatief effect op het inkomen heeft (Berkers et al. 2019). Het onderzoek laat ook zien dat vrouwen hun werktijd met andere activiteiten vullen dan mannen. Zo zijn ze bijvoorbeeld gemiddeld minder bezig met productie en mastering, maar meer met les geven (Ibid.).
De nieuwe Nederlandse Livemuziek Monitor brengt een aantal dimensies van diversiteit binnen de programmering op poppodia grootschalig in kaart. De monitor kijkt daarvoor onder andere naar het aantal unieke artiesten dat optreedt, genderdiversiteit en diversiteit naar herkomstlanden. Vrouwelijke artiesten en artiesten uit andere landen dan Nederland, Engeland en de Verenigde Staten zijn duidelijk ondervertegenwoordigd op de Nederlandse podia. Zo werd in 2019 78 procent van de optredens door mannen verzorgd, en waren tussen 2008 en 2019 in 83 procent van de optredens de artiesten afkomstig uit Nederland, Engeland of de Verenigde Staten. Wel constateert de monitor een voorzichtige ontwikkeling naar meer diversiteit (Mulder 2022).
In Nederland worden er op dit moment, los van gender, nog weinig cijfers over diversiteit en inclusie in het domein Muziek verzameld. Gezien de beperkte beschikbaarheid van Nederlandse data en het internationale karakter van de muziekindustrie, is internationaal onderzoek naar ontwikkelingen in andere landen mogelijk ook voor de Nederlandse context relevant. Zo rapporteert in de Verenigde Staten de Annenberg Inclusion Initiative jaarlijks over gender en ras/etniciteit van artiesten, muziekindustrie en muzikaal repertoire (Smith et al. 2021). In het Verenigd Koninkrijk publiceert UK Music sinds 2016 tweejaarlijks over diversiteit in de muziekindustrie. Het meest recente UK Music rapport toont een verhoging van etnische diversiteit tussen 2016 en 2020 in de muziekindustrie van de VK. Het rapport laat ook zien dat mensen van kleur en vrouwen oververtegenwoordigd zijn als stagiair(e)s en entry-level medewerkers terwijl zij ondervertegenwoordigd zijn op senior levels (UK Music 2021, 13). Eenzelfde ongelijke verdeling is zichtbaar bij de verdeling van inkomen.
In de Nederlandse muzieksector is in de afgelopen jaren het bewustzijn voor diversiteit en inclusie is gegroeid. Zo is er een groter bewustzijn van gedrag dat anderen uitsluit en is er meer aandacht voor divers programmeren. Voor de inclusie van mensen met een beperking in de podiumkunsten is in 2020 de agenda inclusieve podiumkunsten opgesteld, op initiatief van Holland Dance in samenwerking met het LKCA, The British Council, Theaters Tilburg en het Fonds Podiumkunsten. Inmiddels is de agenda door meer dan 140 mensen, die verschillende organisaties representeren, ondertekend. De culturele infrastructuur in Nederland is nog weinig toegankelijk voor mensen met een beperking, zo laat een recente rapportage van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) zien (Vermeij et al. 2021, 125). Zo zijn festivals soms moeilijk toegankelijk voor bezoekers die in een rolstoel zitten of ongeschikt voor mensen die gevoelig zijn voor prikkels. Naast dat mensen met een beperking fysieke barrières ervaren, voelen ze zich soms ook niet als een volwaardige bezoeker behandeld (Leden 2021).
Duurzaamheid en de muzieksector
Een ecologische, duurzame samenleving is een van de grootste uitdagingen van onze tijd en ook de muzieksector is hiermee bezig. Niet alleen is de relatie tussen mens en aarde steeds vaker thema in bijvoorbeeld de hedendaagse klassieke muziek (Christenhusz 2021), ook in de muzieksector zelf staat duurzaamheid op de agenda. Muzikanten moeten voor optredens vaak reizen. Er zijn veel voorbeelden van musici die proberen de ecologische impact van hun tours omlaag te brengen. Radiohead vliegt bijvoorbeeld alleen als er geen alternatief is. De popgroep huurt techniek bij lokale bedrijven en geeft bezoekers die met openbaar vervoer willen komen voorrang bij het verkrijgen van tickets (Rijsingen 2020). Billie Eilish probeert haar fans te informeren over klimaatbewust gedrag en geeft gratis concertkaartjes aan diegenen die zich inzetten voor het klimaat (Rijsingen 2020). Ook in Nederland zijn er musici en culturele instellingen die niet meer internationaal per vliegtuig reizen voor korte verblijven (Raad voor Cultuur 2021, 7). Een ander initiatief om muziekoptredens te verduurzamen kwam dit jaar vanuit de UIMA, een koepelorganisatie van muziekagentschappen die een lijst publiceerde die musici kunnen gebruiken om duurzame riders voor hun optredens op te stellen (Straver 2021).
Ook op het gebied van evenementenorganisatie is er beweging. Een aantal Nederlandse festivals wil kringloopfestival worden en werkt aan minder voedsel- en waterverspilling. Ook willen zij schone energie en minder grondstoffen gebruiken en worden daarbij door Green Deal Circular Festivals ondersteund.
Verder heeft IMPALA een duurzaamheidsprogramma uitgebracht met het doel om voor haar leden, onafhankelijke platenmaatschappijen, in 2030 minder impact op het klimaat te hebben door onder andere een CO2 monitoring instrument en trainingen voor hun leden aan te bieden en bij leveranciers verandering te promoten (IMPALA 2021b).
Er zijn dus veel activiteiten in verschillende onderdelen van de muzieksector om duurzamer te worden en ook inhoudelijk met klimaatverandering bezig te zijn. Alsnog blijft de vraag hoeveel impact al deze initiatieven samen hebben. Terwijl de CO2 impact van de muzieksector relatief klein is, hebben muziek en haar producenten toch een kans om een relevante rol in het bewustwordingsproces te spelen.
Wat willen we verder weten over het domein Muziek?
Gezien de gelaagdheid van de muzieksector met kwantitatieve gegevens over verschillende deelsectoren, blijft er een behoefte bestaan aan sectoroverstijgende data. Zo blijft het bijvoorbeeld de vraag hoe de verschillende inkomstenbronnen van musici zich tot elkaar verhouden en hoe dit verschilt per genre-circuit.
In de gesprekken die voor deze domeinanalyse zijn gevoerd met de sector kwam het belang van kleine podia voor talentontwikkeling vaak ter sprake. Er heerst zorg over een afname van deze plekken. Het ontbreekt echter aan kwantitatieve informatie hierover en de informatie die wel beschikbaar is, vertelt weinig over de ontwikkelingen die zich op deze kleine podia afspelen. Het in kaart brengen van kleine podia en plekken die incidenteel speelplek bieden – zoals cafés, feestlocaties, kraakpanden, en buurthuizen – zou waardevolle kennis over het publiek en kleinere spelers in de muziekwereld leveren.
De vraag naar de langetermijngevolgen van de coronacrisis op de muzieksector staat nog open. Ook de nieuwe crises die ontstaan als gevolg van inflatie en de stijgende energieprijzen zijn relevant om voor het domein Muziek in de gaten te houden. In september schreef de Taskforce culturele en creatieve sector een brief naar het kabinet waarin zorgen werden geuit over de consequenties van inflatie en stijgende energieprijzen voor de sector en het verzoek tot compensatie. Een maand later rapporteerde Trouw over schouwburgen en concertzalen die met de enorme kostenstijgingen worstelen, waaronder Chassé Breda en TivoliVredenburg. De regering is inmiddels in gesprek met de sector over een mogelijk steunpakket (Jorritsma 2022). Het blijft van belang om de gevolgen goed te monitoren zodat de sector en beleid strategieën kunnen ontwikkelen voor de toekomst.
Meer weten over het domein Muziek?
Meer literatuur over diversiteit en inclusie en muziek in de Kennisbank van de Boekmanstichting is hier te vinden. Voor meer literatuur over muziek en de economie en arbeidsmarkt, klik hier.
Bekijk meer data over het domein Muziek in het dashboard van de Cultuurmonitor.
Gesprekspartners
In 2021 hebben we de volgende personen gesproken ten behoeve van informatieverzameling voor de ontwikkeling van deze domeinpagina:
- Joan Biekman (CultuurSchakel, per november 2021 Fonds Podiumkunsten)
- Arne Dee (VNPF)
- Iris Daalder (NAPK)
- Chris Dingjan (VVNO)
- Piet van Gennip (het Balletorkest, VVNO)
- Will Maas (vakgroep muziek Kunstenbond, Fontys Rockacademie Tilburg, zelfstandig musici)
- Julian Schaap (Erasmus Universiteit Rotterdam)
- Berend Schans (VNPF)
- Peter Smidt (oprichter ESNS, voormalig Buma Cultuur)
- Mirjam Terpstra (NAPK)
- Marianne van de Velde (Fonds Podiumkunsten)
- Floris Vermeulen (Fonds Podiumkunsten)
- Kees van Weijen ( STOMP, IMPALA)
Literatuur
Berkers, P., E. Smeulders en M. Berghman (2019) ‘Music creators and gender inequality in the Dutch music sector’. In: Tijdschrift voor genderstudies, jrg. 22, nr. 1, 27 – 44.
Bisschop Boele, E. (2017) Op zoek naar de betekenis van cultuurparticipatie. Utrecht: Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst.
Blueyard (2021) Analyse corona steun VvNO leden. Amsterdam: Blueyard.
Brands, J. (2021) ‘De nachtcultuur wordt de nek omgedraaid’. Op: www.nrc.nl, 19 juli.
Broek, A. van den (2020) Corona en de betekenis van het culturele leven: wat als de pandemie voorbijgaat, en wat als ze blijft? Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.
Christenhusz, J. (2021) ‘Een woud van ritselende zaaddozen’. Op: www.groene.nl, 25 augustus.
CBS (2020) Podiumkunstactiviteiten en -bezoek, 2016-2019. Den Haag/Heerlen: Centraal Bureau voor de Statistiek.
CBS (2021a) ‘Kunstenaars en werkenden in overige creatieve beroepen, 2017/2019’. Op: opendata.cbs.nl.
CBS (2021b) ‘Professionele podiumkunsten; capaciteit, voorstellingen, bezoekers, regio’. Op: opendata.cbs.nl.
Cooke, C. (2021) ‘Dissecting the streaming inquiry #09: safe harbour’. Op: www.completemusicupdate.com, 4 februari.
Crabbendam, Y. (2022) Een weerbare popsector. Amsterdam: DSP Groep.
Dee, A. en B. Schans (2020) Poppodia en -festivals in cijfers 2019. Amsterdam: Nederlandse Vereniging Poppodia en Festivals.
Dee, A. en B. Schans (2021) Poppodia en -festivals in cijfers 2020. Amsterdam: Nederlandse Vereniging Poppodia en Festivals.
Dee, A. en B. Schans (2022) Poppodia en -festivals in cijfers 2021. Amsterdam: Nederlandse Vereniging Poppodia en Festivals.
Eerste Kamer der Staten-General (2021) ‘35.454 implementatiewet richtlijn auteursrecht in de digitale eengemaakte markt’. Op: www.eerstekamer.nl.
Eijck, K. van (2001) ‘Social differentiation in musical taste patterns’. In: Social Forces, jrg. 79, nr. 3, 1163–1185.
Engelshoven, I.K. van (2019) Uitgangspunten cultuurbeleid 2021-2024. Den Haag: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Ensie (2021) ‘Ecosysteem’. Op: www.ensie.nl.
Entertainment Business (2021) ‘Online editie Eurosonic Noorderslag trekt bezoekers uit 124 landen’. Op www.entertainmentbusiness.nl, 18 januari.
Fèbre, A. le (2021) ‘Investeren in muziekrechten lucratiever dan ooit’. Op: www.entertainmentbusiness.nl, 6 juli.
Fonds Podiumkunsten (2021) ‘Upstream: Music’. Op: www.fondspodiumkunsten.nl.
Fuhr, S. von der (2016) Pop, wat levert het op? Onderzoek naar de inkomsten van popmusici in Nederland. Tilburg: Cubiss.
Gemeente Eindhoven (2016) ‘Muziekvisie: veranderingen in de muziek’. Op: www.cultuureindhoven.nl, april.
Goudriaan, R. (et al.) (2021) Ongelijk getroffen, ongelijk gesteund: effecten van de coronacrisis in de culturele sector. Amsterdam (etc.): Boekmanstichting (etc.).
Hesmondhalgh, D. (2020) ‘Is music streaming bad for musicians? Problems of evidence and argument’. In: New media & society, jrg. 23, nr. 12, 3593-3615.
Hoetjes, E. (2021) ‘Meet The Urban Pro’s legt zelf de infrastructuur aan’. Op: 3voor12.vpro.nl, 11 maart.
IMPALA (2021a) ‘It’s time to challenge the flow: how to make the most of the real opportunities of streaming’. Op: www.impalamusic.org.
IMPALA (2021b) ‘IMPALA climate charter’. Op: www.impalamusic.org.
Ingham, T. (2021) ‘YouTube is poised to overtake spotify as music’s biggest bankroller’. Op: www.rollingstone.com, 9 juni.
Jorritsma, E. (2022) ‘Compensatie voor energiekosten cultuursector lijkt nabij’. Op: www.nrc.nl, 19 oktober.
Kastrenakes, J. (2020) ‘Lil Nas X’s Roblox concert was attended 33 million times: it’s up there with Fortnite’s Travis Scott performance’. Op: www.theverge.com, 16 november.
Klaasman, S. (2022) ‘Bezoekersaantallen muziekpodia blijven achter’. Op: www.studio040.nl, 27 mei 2022.
Kraak, H. (2021) ‘Artiesten gevraagd gratis op te treden tijdens Grand Prix van Zandvoort: “Au. What de fuck”’. Op: www.volkskrant.nl, 26 augustus.
Krismayer (et al.) (2019) ‘Predicting user demographics from music listening information’. In: Multimedia Tools and Applications, jrg. 78. 2897–2920.
Kunstenbond (2020) ‘CAO Remplaçanten’. Op: www.kunstenbond.nl.
Kunstenbond (2021) ‘Kunstenbond wil in gesprek met omroepen over eerlijke betaling voor artiesten’. Op: www.kunstenbond.nl, 24 september.
Leden, J. van der (2021) ‘Toegang tot kunst en cultuur voor mensen met een beperking’. In: Boekman Extra, nr. 27, 1-12.
Legaspi, A. (2022) ‘Santigold on why musicians are burning out like never before. Op: www.rollingstone.com, 19 oktober.
Lint, P. van der en Kain, R. (2022) ‘Voorstellingen geannuleerd wegens hoge kosten: ook theaters worstelen met hoge prijzen’. Op: www.trouw.nl, 12 oktober.
Ministerie van OCW (2017) Cultuur in beeld 2017. Den Haag: Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Mulder, M. (2022) De Nederlandse Livemuziek Monitor 2008-2019: popconcerten en -festivals in het tijdperk tussen streaming en sluiting. Rotterdam: Kenniscentrum Creating 010, Hogeschool Rotterdam. ERMeCC – Erasmus Research Centre for Media, Communication and Culture.
Music Business Worldwide (2021) ‘Over 60,000 tracks are now uploaded to Spotify every day: that’s nearly one per second’. Op: www.musicbusinessworldwide.com, 24 februari.
Music Business Worldwide (2022) ‘It’s Happened: 100,000 tracks are now being uploaded to streaming services like Spotify each day’. Op: www.musicbusinessworldwide.com, 6 oktober.
NAPK (2021) ‘Eerste CAO voor Nederlandse muziekensembles’. Op: www.napk.nl, 21 december.
NAPK (2022) ‘Eerste CAO voor Nederlandse muziekensembles treedt in werking’. Op: www.napk.nl, 14 februari.
NOS (2022a) ‘Waar blijft het publiek? Cultuursector worstelt sinds corona’. Op: www.nos.nl, 21 mei.
NOS (2022b) ‘Alle beroepsgroepen kampen nu met personeelstekort’. Op: www.nos.nl, 22 september.
NVPI (2021) ‘Omzet Nederlandse muziekindustrie ziet afnemende groei’. Op: www.nvpi.nl, 23 maart.
NVPI (2022) ‘Marktcijfers Audio 2021. Gezonde groei Nederlandse muziekindustrie in 2021 ondanks coronacrisis. Op: www.nvpi.nl, 9 december.
Pol, N. van de (2022) ‘Clubs kampen tijdens ADE met personeelstekort, energierekening komt nog’. Op: www.nu.nl, 22 oktober.
Raad voor Cultuur (2017) De balans, de behoefte: pleidooi voor een integraal, inclusief muziekbeleid. Den Haag: Raad voor Cultuur.
Raad voor Cultuur (2021) Advies corona-addenda. Den Haag: Raad voor Cultuur.
Rijsingen, H. van (2020) ‘Klimaatschaamte in de muziekindustrie: naar deze milieuvriendelijke artiesten luister je zonder schuldgevoel’. Op: eenvandaag.avrotros.nl, 5 februari.
Schaap, J. en P. Berkers (2020a) ‘“You’re not supposed to be into rock music”: authenticity maneuvering in a white configuration’. In: Sociology of Race and Ethnicity, jrg. 6, nr. 3, 416–430.
Schaap, J. en P. Berkers (2020b) ‘“Maybe it’s … skin colour?” How race-ethnicity and gender function in consumers’ formation of classification styles of cultural content.’ In: Consumption Markets & Culture, jrg. 23, nr. 6, 599-615.
Schans, B. (2020) ‘Brief van de dag: popmuziek komt er bekaaid vanaf’. Op: www.volkskrant.nl, 12 juni.
Schrijen, B. (2021) Impact van de coronacrisis op leden van de NAPK. Amsterdam: Boekmanstichting.
Schuurman, S. (2022) ‘Europese wetgeving voor auteursrecht’. Op: www.kvk.nl, 9 november.
Sena (2020) ‘Muziekprofessionals lopen 80 procent inkomen mis’. Op: www.sena.nl, 7 mei.
SER en Raad voor Cultuur (2017)Passie gewaardeerd, versterking van de arbeidsmarkt in de culturele en creatieve sector. Den Haag: Sociaal-Economische Raad/Raad voor Cultuur.
Simons, D. en E. Brink (2020) ‘Kan een artiest leven van jouw Spotify-streams?’. Op: www.nos.nl, 23 december.
Smith, S. (et al.) (2021) Inclusion in the music business: gender & race/ethnicity across executives, artists & talent teams. Los Angeles: USC Annenberg School for Communication and Journalism.
Sondermeijer, V. (2021) ‘Artiesten die optreden bij F1 in Zandvoort worden toch betaald’. Op: www.nrc.nl, 30 augustus.
Straver, F. (2021) ‘Groene stroom en geen plastic polsbandjes: muziekindustrie wil milieubewuster toeren’. Op: www.trouw.nl, 12 april.
Peddie, I. (red.) (2020) The Bloomsbury handbook of popular music and social class. New York: Bloomsburg Academic.
Valentine, R. (2020) ‘Travis Scott reportedly grossed roughly $20m for Fortnite concert appearance’. Op: www.gamesindustry.biz , 1 december.
Veldman, J. (et al.) (2020) Stand van zaken in de Nederlandse popsector. Utrecht: Dialogic.
Vermeij, L. en W. Hamelink (2021) Lang niet toegankelijk: ervaringen van Nederlanders met een lichamelijke beperking als spiegel van de samenleving. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau.
Vinken, H. (2020) Tariefafspraken voor freelance musici: resultaten van een onderzoekstraject. Tilburg: HTH Research.
Visser, M. S. Kooke en H. van Dijk (2023) ‘Cultuursector ziet publiek terugkeren nu najaarsgolf corona uitblijft’. Op: www.trouw.nl, 10 januari.
Vrieze, A. de (2020) ‘Fonds Podiumkunsten: veel popfestivals gaan erop vooruit’. Op: 3voor12.vpro.nl, 3 augustus.
VSCD (2022) Podia 2021 cijfers en kengetallen. Amsterdam: VSCD.
Waarlo, N. (2021) ’Concerten mogen straks weer, maar verwacht niet dat alles snel weer bij het oude is, zegt de sector’. Op: www.volkskrant.nl, 15 september.
Wikström, P. (2014) The music industry in an age of digital distribution. In Vazquez, J, Morozov, E, Castells, M, & Gelemter, D (Eds.) Change: 19 key essays on how the Internet is changing our lives. Madrid: Turner / BBVA Group, pp. 1-24.
Zemler, E. (2022) ‘Santigold cancels North American tour citing changing industry and artist welfare’. Op: www.rollingstone.com, 27 september.
Verantwoording beeld
Studio Paisley Kaas / Fotografie: Lisa Maatjens